NL | FR
foto

Pissebedden

Isopoda

Beschrijving

De pissebed behoort, misschien tot je verrassing, tot de kreeftachtigen en is dus familie van de schaaldieren. In tegenstelling tot deze laatste groep echter komen sommige soorten pissebedden op het land voor. Met hun kieuwen kunnen ze zuurstof uit de lucht halen. Bij aanraking heeft de pissebed de neiging om zich op te rollen, een beetje zoals de egel. De over elkaar liggende schubben hebben een beschermende functie.

Volwassen pissebedden kunnen 2 jaar oud worden en planten zich voortdurend voort. De wijfjes dragen eieren met zich mee in een broedruimte aan de onderkant van het lichaam tot de larven uitkomen. Hierdoor zijn ze in staat om bij gunstige omstandigheden een ruimte snel te bevolken.
 

Biodiversiteit

Isopoda (letterlijk betekent dit gelijke poten) komen voor in vochtige gebouwen, in muren, onder stenen, hout en afgevallen bladeren. De kelderpissebed komt vooral voor in en om gebouwen, waar hij leeft in vochtige en koele hoekjes.

Pissebedden produceren een afweerstof die hen beschermt tegen predatoren zoals spinnen, hooiwagens, duizendpoten en vogels. Deze afweerstof zou bij de mens heilzaam werken als urineafdrijvend middeltje.
 

Bedreiging

Deze opruimers zijn alleen schadelijk als ze in grote aantallen in kassen en moestuinen voorkomen en planten aanvreten, wat echter zeer zeldzaam is. Normaal eten ze rottend materaal en dragen daardoor bij tot de humusvorming. Bestijding is dus helemaal niet nodig.

Wist je dat?

Vroeger droegen sommige mensen een buideltje met pissebedden aan een touwtje om hun nek. Als ze maagkrampen kregen, slikten ze gauw een pissebed en de pijn verdween. Dit verhaal zou niet uit de lucht gegrepen zijn want volgens sommige biologen zit in het pantser van de pissebed een kalkverbinding die maagzuur kan neutraliseren.

Meer weten?

Wil je meer weten over de pissebed? Kijk op deze website

Tip

Als je een pissebed tegenkomt, plaats je hem of haar best onder planten of in strooisel. Dankbaarheid volgt in de vorm van het verteerd plantenafval.

© foto: Michel Vuijl

Deel