Groentetuin
Een klassieke groentetuin biedt een aantal mogelijkheden voor natuurvriendelijke teelten en de bestrijding van bepaalde ongewenste gasten.
Milieuvriendelijk tuinieren zit hem vaak in de details. Voor turf worden bijvoorbeeld kostbare veengebieden afgegraven, gebruik dat dus liever niet. Compost is een heel goed vervangproduct met dezelfde resultaten.
Oorwormen komen talrijk voor in de tuin, waar ze op zoek zijn naar planten- en dierenresten. Hun nuttigste eigenschap is dat ze insecteneieren eten en bladluiskolonies en andere minder gewenste insecten opsmullen. Zelf zijn oorwormen voedsel voor insectenetende zoogdieren, zoals spitsmuizen en egels. Ook vogels lusten oorwormen en sommige sluipvliegen zijn gespecialiseerd in oorwormen en leggen er hun eieren in.
Bloemen houden van insecten
Volwassen zweefvliegen zijn goede bestuivers want ze zijn op zoek naar nectar en stuifmeel. Ze bezoeken net als bijen een aantal dagen na elkaar dezelfde bloemsoort en spelen dus een belangrijke rol in je tuin. Omdat zweefvliegen een korte snuit hebben zijn ze aangewezen op die bloemsoorten waar het voedsel niet te diep zit. Bombylius heeft wel een lange snuit en kan dus een ruimer gamma aan bloemen bezoeken.
Hoe meer variatie, hoe meer leven
Hoewel zweefvliegen en bijen niet kieskeurig zijn, kan je hen toch altijd iets lekkers aanbieden in elk seizoen door te zorgen voor variatie in je plantensamenstelling. Een combinatie van wilg, sleedoorn, meidoorn, sporkehout, vlier, braam, paardenbloem, biggenkruid, gele ganzenbloem, margriet, knoopkruid, herfstaster, klimop, fluitenkruid, dolle kervel en pastinaak zal vele bezoekers aantrekken.
Beplant niet steeds hetzelfde stuk grond met dezelfde groente. Regelmatige afwisseling van blad-, vrucht-, kool- en wortelgewassen geeft gezondere planten en bodem. Als geheugensteuntje kun je je moestuin in vier vakken verdelen om zo de verschillende gewassoorten af te wisselen.
Eet eens wat onkruid!
Niet alleen de bekende keukenkruiden zijn eetbaar. Ook veel planten die we in de tuin als onkruid bestempelen doen het goed in een slaatje. Bedenk wel dat je de soorten juist moet kunnen determineren, want verschillende wilde plantensoorten zijn giftig.
De grote brandnetel is bijvoorbeeld eetbaar. De jonge toppen kun je als groente koken of in de soep doen. Als je de bladeren droogt en er thee van zet, werkt dat bloedzuiverend, net zoals thee van gedroogde bloemen van echte kamille.
Een eetbare tuin
Met kruiden kun je je eten leuk versieren. Wie echte maaltijden wil gaan eten uit eigen tuin zal een grote groentetuin moeten aanleggen. Maar als je maar weinig ruimte hebt, vind je het sieraspect van je tuin misschien net zo belangrijk. Dan kun je kiezen voor een eetbare siertuin. Hierbij zet je eetbare planten en sierplanten gewoon door elkaar heen. Eetbare planten kunnen immers evengoed decoratief zijn. Als boom kun je denken aan een appelboom, een pruim- of een krentenboompje. Een vlier kun je planten als je van de bloesems een fris drankje of van de bessen jam wilt maken.
Voor een of meer bessenstruiken is ook in de meeste kleine tuinen wel ruimte te vinden. Denk aan aalbessen, kruisbessen en zwarte bessen. Aalbessen zijn er in rood, roze en wit, allemaal met een andere smaak. Bramen en frambozen kun je op een zonnig plekje leiden langs muur of schutting.
Maak gebruik van oorwormen om schadelijke insecten te bestrijden. Plaats met houtwol gevulde bloempotjes of blikjes omgekeerd op een stok of paaltje. De oorwormen zoeken hierin een schuilplaats en zo kan je hen inzetten als biologische bestrijder van ongewenste gasten.
De larven van zweefvliegen komen voor op allerlei plaatsen en je wilt ze zeker graag in de buurt van je groentetuin. Ze eten immers bladluizen, die ze met hun kaken leegzuigen. Eén zweefvlieglarve kan in één week tijd vele honderden bladluizen opeten. De larven verpoppen zich in een druppelvormig omhulsel in de buurt waar ze gegeten hebben. Let er wel op dat je de grond niet te diep bewerkt op de stukken waar je zweefvliegen komen, want de meeste larven overleven dat niet.
Naaktslakken zijn terecht niet welkom in de groentetuin. Hun functie in de natuur is het verwerken van dood en levend plantenmateriaal. De grote aardslak eet planten en andere naaktslakken. De grote zwarte aardslak zorgt er bijvoorbeeld voor dat uitwerpselen van hond en kat uit de tuin verdwijnen. Natuurlijke predatoren zijn de larven van de glimworm en loopkevers, die eieren en kleine slakken eten. Een plastic wandje van enkele centimeters hoog houdt sommige soorten naaktslakken weg uit je groententuin en bekertjes gevuld met bier zijn een milieuvriendelijke selectiemethode. Kikkers en de gewone pad eten graag naaktslakken.
Huis
Hoe help je de biodiversiteit in je huis?
|
Tuin
Hoe help je de biodiversiteit in je tuin?
|
Straat
Hoe help je de biodiversiteit in je straat?
|
|
|
|